Literatuur is een daad

*|MC:SUBJECT|*
Geachte lezer, 
Op 11 juni, ten tijde van de eerste versie van deze nieuwsbrief, maakt de
NOS melding van door de warmte onwel geworden hardlopers bij de ‘Maastrichts Mooiste’; en als een voorverwarmde oven omsluit een tropische dag ons kikkerlandje dag bij het versturen ervan. Gelukkig bent u met een boek in goede handen, al raden we u daarbij wel een glaasje water en wat schaduw aan. 

Ter inspiratie sturen u we een selectie schitterende romans en razend interessante non-fictie, waaronder een breed aanbod van edities met een hoge 
wapperfactor voor verkoelende luchtverplaatsing. Hoewel wij de laatsten zijn u te vertellen wat wel en niet mag en kan, raden wij de Flora Batava in dezen primair aan voor de weldadig koele botanische precisie en schoonheid. De uitgave zelf weegt immers 3718 gram.
De shortlist van de Europese Literatuurprijs is bekend! Genomineerd zijn Claire-Louse Bennetts door Karina Santen & Martine Vosmaer uit het Engels vertaalde Kassa 19; Eva Menasse’s door Annemarie Vlaming uit het Duits vertaalde Dunkelblum zwijgt; de eveneens in 2017 en 2020 genomineerde László Krasznahorkai, staat ditmaal met Oorlog en oorlog in de shortlist, wederom uit het Hongaars vertaald door Mari Alföldy; en tot slot Leïla Slimani’s door Gertude Maes uit het Frans vertaalde Kijk ons dansen.
Het razen van Europa
M. De laatste dagen van Europa beslaat de periode van 1938 tot en met 1940: het hoogtepunt van het zelfbedrog van fascistisch Italië, dat buigt voor de rassenwetten en het bondgenootschap met nazi-Duitsland: een tragische en krachtige roman, vol waarschuwingen voor onze toekomst. In dit derde deel van zijn bijzonder knap door Jan van der Haar vertaalde fenomenale romanreeks over Mussolini, reconstrueert Antonio Scurati met koortsachtige precisie het beangstigende delirium van Mussolini, in de waan dat hij de beslissingen van de Führer kan beïnvloeden terwijl hij zich ervan bewust is hoe onvoorbereid Italië op de oorlog is. 
Een speelgoedkraam, fastfood en de kosmos
Ana Iris Simón bracht als kind haar zomers door op de ferias, kermissen en jaarmarkten, waar haar grootouders stonden met een speelgoedkraam en haar verhalen vertelden over vroeger. Toen Simón in Madrid ging studeren, begon ze zich te schamen voor haar eenvoudige afkomst en besloot ze alles te omarmen wat de stad haar te bieden had. Maar haar leven als dertiger met een laag loon en een hoge huur, deed haar verlangen naar het leven van haar ouders. Feria is een kleurrijk en persoonlijk boek over klasse, identiteit, familie en het belang van de plek waar je vandaan komt. Een wilde ode aan een wereld die niet meer bestaat, die Spanje op zijn grondvesten deed schudden: het boek zorgde voor onrust in hoge politieke kringen.
Kate Folks debuut Out There bevat verhalen, waarin de bevreemdende ervaring van het lichaam  vaak centraal staat. Tijdens het vrijen, bijvoorbeeld, is een van de personages ‘focused on her joints, imagining bones turning in the sockets of other bones, rattling at the ends of strings‘. Niet zelden speelt intimiteit een rol, of het stille bedriegen van de ander, en regelmatig maken routines en rituelen in de bundel hun opwachting, vaak tegen de achtergrond van een digitale wereld, veelal in de sfeer van horror en scifi. Met grote stilistische kracht legt Folk bovendien de zeer dierlijk aandoende dynamiek van kleine groepen bloot – de schuivende allianties, de onderliggende machtsstrijd. 
In de Verenigde Staten, niet bijzonder ver in de toekomst, verdwijnen aan de oostkust huizen door de rijzende zeespiegelstijging, terwijl aan de westkust het land door uitslaande bosbranden verzengd wordt. Niet iedereen is er evenveel mee bezig: het feestbeest Cat koopt in een opwelling een nieuwe python – waarop ze haar vorige terugvindt; haar zeer spirituele broer die geen enkel dier wil laten lijden, is gebeten door een teek en het verwijderen van de geleedpotige druist tegen alles in wat hem dierbaar is. Hun moeder is op het koken met sprinkhanen aangewezen. Iedereen drinkt te veel, de insecten lijken te verdwijnen, een azuurblauwe lucht ontzegt het land de haar zo nodige regen. T.C. Boyle’s donkere, soms verdrietige, maar bijzonder geestige Blue Skies is een zeer geslaagde zedenkomedie tegen de achtergrond van een als eindtijdige voelende klimaatcrisis.
Claire Baglins veelbelovende debuut Werken voor de kost is een kijkje in de keuken van niet alleen de fastfoodindustrie, maar ook van de wereld omheen. Vlot en soms droogjes, met scherpe humor en gevoel voor poëzie van de kleine dingen schetst zij een indringend beeld van sociale ongelijkheid. De kinderen krijgen hun zin: op de terugweg van vakantie stoppen ze bij de fastfoodketen. Maar, waarschuwt hun moeder: eens en nooit weer! Van hun begeerde wereld blijft weinig over als de jonge verteller bij zo’n vestiging aan de slag gaat: tafels en wc’s ontsmetten, vloeren boenen, friet bakken, zakken met fastfood vullen, dag-in-dag-uit de wedijver tussen de medewerkers. De minuten op de prikklok tikken langzaam voorbij. De handelingen zijn mechanisch, repetitief, doen denken aan de ploegendiensten van vader in de fabriek.
Op de oeroude begraafplaats Cloon na Morav – de Dodenakker – mag niet iedereen worden begraven. In het kleine Ierse dorp is dit privilege alleen aan de oudere families en clans vergund. En daarvan zal binnenkort niemand meer in leven zijn. Mortimer Hehir, de wever die pas gestorven is, hoort tot een van die clans. De begraafplaats is echter een doolhof van door donkergroene korstmossen bedekte, afgebroken zerken. In Seumas O’Kelly’s Het graf van de wever weet de weduwe niet waar ze haar man moet begraven. In het gezelschap van twee behulpzame grafdelvers gaat ze de begraafplaats op. De zoektocht blijkt niet eenvoudig. Met elke mislukte poging raken de twee mannen verder verstrikt in gebakkelei over wie de geschiedenis van Cloon na Morav – en dus van zijn bewoners – het beste kent. Het graf van de wever is goed voor een poëtisch en tragikomisch verhaal.
Anders dan T.C. Boyle, benadert Martin MacInnes de natuur met verwondering. In In Ascension doet de in Rotterdam opgegroeide Leigh onderzoek naar de eerste levensvormen op aarde. Onderzoek in een nieuwe trog in de Atlantische Oceaan leidt tot een ontdekking die alles wat de mens over het prille begin weet op losse schroeven zet, en het verlegt haar aandacht naar de kosmos boven ons. Het leidt bovendien tot een groot dilemma: het vanuit existentieel oogpunt zo wezenlijke ruimteonderzoek vereist dat ze haar jongere zus en kwijnende moeder achter moet laten. MacInnes’ warme, gedetailleerde roman probeert op onderzoekende wijze antwoord te geven op de grote vragen van het leven. Het verhaal duikt even diep onder water als in wat voor ons wezenlijk van waarde is. Bovendien laat het zien dat, hoeveel hoop we ook kunnen verliezen, we altijd kunnen terugkeren naar onze dierbaren.
De bloem der Flora’s 

Toen uitgever Jan Christiaan Sepp in 1800 startte met zijn floristische overzichtswerk, kon hij nooit vermoeden dat het laatste deel pas in 1934 zou verschijnen. Uiteindelijk besloeg de Flora Batava 461 afleveringen, verdeeld over 28 boeken: een titanenwerk waar een uitgebreide kring van amateurbotanici, hoogleraren en kunstenaars aan bijdroeg. Dat resulteerde in de tot dan toe meest complete inventaris van de wilde flora van het land. Deze unieke heruitgave in één band bevat een bundeling van alle 2240 platen met daarop meer dan 2630 naar het leven geschilderde planten, paddenstoelen, korstmossen en wieren. Een verzamelwerk dat bovendien prachtig de grote veranderingen in het Nederlandse landschap, de wetenschap en de waardering van de nationale natuur illustreert. De flora is naar verwachting vanaf 21-7 uit herdruk.

Ooievaars en werkverschaffing 

In het aanstekelijk geschreven Beyond the Wall presenteert vooraanstaand historicus Katja Hoyer voor het eerst een volwaardige, evenwichtige geschiedenis van de DDR – een geschiedenis die enerzijds werd gemarkeerd door wachttorens aan de grens, door geheime politie en brute onderdrukking, maar anderzijds door uitgebreide sociale zorg, nog altijd vrijwel ongeëvenaarde gendergelijkheid en afschaffing van klasseprivileges. Aan de hand van diepgravend nieuw onderzoek en getuigenissen uit de eerste hand schreef Hoyer een fascinerende geschiedenis van de DDR – een caleidoscoop van verschillende gezichtspunten, gebeurtenissen en verhalen.

Gebruikmakend van een groot aantal bronnen, schept Lennert Savenije’s met Werk in uitvoering helderheid over de werkverschaffing onder de vlag van de Nederlandse Heidemaatschappij  in crisis en oorlogstijd. De ontginning en herinrichting van grote delen van het Nederlandse heidelandschap en andere woeste gronden kwam aan het begin van de twintigste eeuw in een stroomversnelling. Het moderne Nederland kreeg in de periode 1930-1955 verder vorm, daartoe zette Nederlandse de overheid in crisistijd tienduizenden werkloze mannen aan het graven – tot in de jaren vijftig verrichtten zij hun zware landarbeid voornamelijk onder toezicht van de Heidemij, zoals men de vereniging voor cultuurtechniek ook wel kende. 
Driving with Strangers is, behalve een boek over liften, te lezen als een beginselverklaring over hoe we denken over onze plek in de wereld in deze roerige tijden. De doorgewinterde lifter Jonathan Purkis neemt je mee langs de geschiedenis van het liften, en kijkt naar de mogelijkheden voor samenwerking, vriendschap, duurzaamheid en openheid – kwaliteiten die gepaard gaan met deze eeuwenoude manier van verplaatsen. In zijn benadering, heeft Purkis iets weg van een socioloog. Als participerend observant staan zijn biografische anekdotes niet los van de bredere context – waarbij hij niet alleen naar sociaaleconomische factoren kijkt, maar ook naar de politiek van het liften. 
Leif Bersweden, die in 2017 in The Orchid Hunter al op aanstekelijke wijze over een zoektocht naar orchideeën in het VK schreef, weet ook in Where the Wild Flowers Grow het enthousiasme voor natuur in de lezer aan te wakkeren. De uitgave is het verslag van een jaarlange botanische reis door Groot Brittannië en Ierland: en verbindt daarbij rijke kennis van wilde planten met memoires. Het boek pleit voor groter aandacht voor natuurbehoud, maar is alles behalve een geheven vinger: in het sterk veranderende landschap is het een feest om al die unieke planten voorbij te zien komen, te leren over hun achtergrond en functie in het ecosysteem.
Met zijn klepperende roep, zijn zwart-witte verenkleed en felrode snavel en poten is de ooievaar een van de opvallendste vogels van ons weidelandschap. Als symbool is hij ook zeer populair: als brenger van kindergeluk, heraut van het voorjaar en al sinds de Middeleeuwen als mascotte van de stad Den Haag. Extra wrang dat er in de lente van 1983 geen enkele wilde ooievaar meer in Nederland broedde – een intensief herintroductieprogramma keerde het tij. Voor De ooievaar putte Kester Freriks uit ooievaarsliteratuur door de eeuwen heen. Hij volgde de geliefde vogel in Hongarije, de Elzas, Portugal en Spanje en zag hem bij Gibraltar wegzeilen over de Middellandse Zee naar Afrika. Sinds hij een huisje in Friesland heeft, met broedende paartjes op het erf, aanschouwt hij het fascinerende ooievaarsleven van dichtbij.
Op een Noordzeestrand begint Bettina Baltschev haar reis naar acht stranden in Europa, aan de randen van ons continent, van Scheveningen en Oostende tot aan Benidorm en Lesbos. Zo ver het oog reikt verhaalt over schrijvers en kunstenaars die zich in het heden en verleden hebben laten inspireren door de aantrekkingskracht van het strand. Ze observeert de steeds veranderende landschappen en de mensen die ze er tegenkomt, en vertelt soms vrolijke, soms ontroerende verhalen over ware en fictieve, gelukkige en tragische lotgevallen op het strand, aan onze rand onze wereld. De ‘elegante stijl en intellectuele diepgang doen denken aan Susan Sontag’, stelt de Frankfurter Allgemeine Zeitung. Het boek won de Seume-Literaturpreis en was finalist voor de beste Duitse non-fictie.
Ronalda S. Kamfer (vert. Alfred Schaffer) in Voor alle dagen, samengesteld door
Poëzie is een daad (Stephanie Liebreks, Joost Oomen en Yentl van Stokkum)
Ik ben de zee

jij kiest voor de bergen
ik kies altijd voor de zee
jij hebt het over tunnels graven
om de weg korter te
maken door de berg

ik praat alleen over water
dat me meesleurt
jij praat over bergen alsof
ze terugvechten
ik heb weleens gezien hoe de zee
een berg inslikt

voor jou zijn bergen groot en mooi
en mak als Sendaks monsters
de zee is stil
en wreed als een moeder
maar ik kies altijd voor haar
omdat niemand me
ooit zoals de zee gaat vasthouden
en als je valt
kom je niet meer boven

 
Copyright © 2020 Boekhandel Bijleveld - Website by Tungstun