Geachte lezer,
April doet wat hij wil; het is de wreedste maand, de Maand van het Natuurboek en -de Filosofie ineen. Wij kijken in deze nieuwsbrief vooral naar die laatste maand, en blikken daarnaast zowel terug als vooruit. Als vanouds eindigen we met een gedicht dat, kunst eigen, en passant alle thema’s uit de nieuwsbrief aanraakt – ook al gaat het in het bijzonder over het Indonesisch-Nederlandse verleden.
Gezien beide hier besproken titels, zou een mens kunnen denken dat het thema van de Maand van de Filosofie ‘ruimte’ is. Toch is het de filosofen dit jaar om ‘weerloos en waardevol‘ te doen – al geven beide gelukkig wel ruimte tot reflectie. Marjolein van Heemstra richt zich op het streven van een aantal miljardairs om de ruimte buiten de dampkring te veroveren – maar Wat is ruimte waardin het licht van de wassende klimaatcrisis?
Een waardevol leven
Zeven jaar werkte levenskunstfilosoof Joep Dohmenaan een antwoord op de vraag hoe je in het neoliberale tijdsgewricht een eigen leven kunt leiden. In het kloekeIemand zijnherneemt hij de klassieke visie op filosofie als persoonlijke vorming. Aan de hand van een brede groep denkers van Socrates & Plato tot Neiman & Taylor beargumenteert Dohmen hoe je met een goed zelfbeeld, met zelfdiscipline en erkenning, sterk gemotiveerd en geëngageerd in het leven kan staan. ‘Levenskunst’ kan wellicht nogal individualistisch klinken, déze studie heeft echter een bijzonder opmerkzaam oog voor de spanning tussen bestaansethiek (zelfzorg) en zorgethiek (zorg voor de ander) – en biedt daarmee vruchtbare grond voor een waardevol leven.
Van micro tot matiging
Gestaag maakt het denken vanHartmut Rosa zijn (r)entree, enLeven in tijden van versnellinglijkt inmiddels geen onbekende titel meer. De eisen die de door technologie gedomineerde samenleving aan ons stelt, maakt dat wij onszelf soms uit het oog verliezen. Wat te doen? Rosa pleit voor resonantie: een vorm van openstaan waardoor de wereld in zichzelf weer zin heeft. Van de versnipperde maatschappij waarop Rosa een antwoord zoekt, geeftMicroverseseen indruk. Aan de hand van meer dan honderd ultrakorte essays probeert Dylan Riley uit die stroboscopische veelheid eveneens een rond geheel te smeden.Vinciane DespretsLeven als een vogelbegint bij het leven van vogels, en andere dieren. Aan de hand van ornithologen, filosofen en andere wetenschappers kijkt zij haar hun seizoensgebonden gedragsveranderingen en naar hoe zij hun wereld creëren. Hierbij keert het begrip ‘aandacht’ regelmatig terug, en de wisselwerking tussen de gedragsveranderingen van deze vogels en de inrichting van hun wereld mondt uiteindelijk uit bij de vraag wat er zou gebeuren als die aandacht zou verdwijnen. In de onderhoudende denkgids Filosofen in de dop nemen filosofieprofessorScott Hershovitz en zijn zoons Rex en Hank ons mee in een achtbaan door klassieke en hedendaagse filosofie aan de hand van vragen als: heeft Hank het recht om Fanta te drinken, en wanneer is het toegestaan om te schelden – belangrijke vragen waar de nog kleine mens met regelmaat mee geconfronteerd wordt, zo tussen school en speeltuin, tussen de alledaagse aangelegenheden in de metafysica en urgente ontologische kwesties.
Vis en school
In Joke van Leeuwens met schitterende tekeningen begeleide doorgeefverhaal Dát bedoel ik, zei de zalm ontmoeten diverse dieren (een zilvermeeuw, een vlieg) en andere dingen (een pluisje, een baksteen) elkaar. Het is er goed toeven voor de filosofen in de dop. Niet alleen komt het verschil tussen groot en klein zijn aan de orde, maar ook andere zinvolle kwesties die te maken hebben met waarde en waardering.
In haar vlammende betoog Links ≠ wokeroept Susan Neimanmensen met progressieve ideeën op om vooral de gemeenschappelijke waarden op te zoeken, ongeacht de verschillen in gender, afkomst en etniciteit. Ze wijst daarbij op hoe Michel Foucault en Carl Schmitt het sociale leven voorstelden als een eeuwige strijd van ‘wij’ tegen ‘zij’; vrijheidsbeperkende ideologieën floreren omdat mensen liefst simpele verklaringen willen, teveel interne discussie leidt niet tot verandering.
(In)kleuren, of de kunst van het verzamelen
We leefden lang in tijden van ‘ontspulling’ en van wit | grijs – minimalisme, maar mede dankzij Dr. Nasrs wunderkammer is het fenomeen van het verzamelen in menig huiskamer weer afgestoft, en lijkt ook het oneigentijdse, zelfs wat ouderwetse karakter ervan aan erosie blootgesteld. Jeffrey Chipps SmithsKunstkammerbevat een rijke collectie aan opmerkelijke vroegmoderne kabinetten met kunst en curiosa uit het Heilige Roomse Rijk. De eclectische samenstellingen blijven verbazen – niet alleen in hun visuele samenstelling, maar ook door het grondige onderzoek waarmee de auteur zijn vele vondsten ondersteunt.
Botten en andere overblijfselen
De meest opmerkelijke verzamelingen zijn misschien wel die, die uit de knoken en schedels van onze gestorvenen bestaat. Zeer interessant vanuit wetenschappelijk oogpunt en vaak als morbide ervaren – in Bone Roomswijst Samuel J. Redmaner bovendien op dat ook racistische elementen eraan ten grondslag kunnen liggen. Het schitterende Naturfotografie der 1920/ 30er Jahrelaat zien dat Fred Kochs soms haarscherpe, vaak dynamisch afgesneden natuurfoto’s niet verjaard zijn. Van macrofotografie tot röntgenfoto’s, het wonder van de natuur komt ongefilterd bij de lezer binnen. De ondertitel van de catalogus Alexandrië: ‘Vervlogen toekomsten‘ slaat de juiste toon aan: met een groot aantal artefacten, van kunst tot aan modern ogende loodgieterij, wordt het beknotte leven van de wereldstad in beeld gebracht. Nicholas Reevesgaat met het prachtig geïllustreerdeThe Complete Tutankhamun in op het verhaal van de beroemdste farao ter wereld. Wie wil weten wie hij was, hoe men zijn tombe ontdekte en wat die ontdekking daarvan ons vertelde over de hoogtijdagen van het Egyptische rijk: lees dit boek.
Van taxi tot buitenaardse mogelijkheden
Taxi from Another Planetbuigt zich onder andere over de vraag naar het bestaan van buitenaards leven en of het voor mensen mogelijk is buiten onze planeet een leven op te bouwen (stel dat Mars ons plan-B is). De aanpak van astrobioloog Charles S. Cockell is verfrissend: ze hebben de vorm van gesprekken tijdens een taxirit, waarin met de chauffeur gesproken wordt. De essays beginnen om die reden wat causerend, om daarop een breed scala aan onderwerpen uit te denken: áls er buitenaards leven is, waar is het dan? Zouden wij buitenaards leven wel kunnen herkennen? En als we dat blijken te kunnen, zouden we ze in deze tijd in dierentuinen onderbrengen? En stel dat wij de ruimte ingaan, is het mogelijk om ruimtestations te bouwen waar men vrij van tirannie kan leven, veel hedendaagse science fictions ten spijt?
Ruimte als religie
Het besef dat we in een uitdijend universum leven, maakt volgensBrian Thomas Swimme dat we ons niet meer enkel als economische, politieke of religieuze wezens zien, maar ook als kosmologische – waarnaar de titelCosmogenesis verwijst. In zijn boek beschrijft Swimme de genese van het heelal, en verweeft het met hoe ons kosmologische besef onze verhouding tot ons idee van evolutie, van identiteit en van het bewustzijn veranderde. We zijn overigens niet alleen deel van ons heelal, we zouden haar eveneens maar al te graag exploreren en exploiteren; ruimte- en religiefilosoofMary-Jane Rubensteinricht zich met Astrotopiain het bijzonder op de miljardairs die haar willen veroveren, en waar de ideologie vandaan komt die hun daartoe drijft: een verlenging van kolonialisme en een ‘religieus’ aandoende roep ‘in the face of a coming apocalypse‘ een paar verkozenen een uitweg te bieden. InEscape from Model LandpleitErica Thompsonvoor een nieuwe verhouding tot modellen. Ja: ze maken ons leven gemakkelijker, maar tegelijkertijd zijn zij metaforen die tussen de werkelijkheid staan en het zicht wegnemen op de complexe oplossingen die nodig zijn de economie, de volgende pandemie en de klimaatcrisis aan te pakken. Of wij dit ooit zullen kunnen? Misschien biedt Samuel J.M.M. Alberti’sCurious Devices and Mighty Machineshoop: als er een plek is op aarde waar de wereld der modellen de wereld der uitzonderingen tegenkomt, dan is het wel het universiteitsmuseum waarin men de wonderlijkste modellen aantreft: de metaforen kortom, waarmee curatoren onze vaststaande ideeën in beeld brengen.
De geschiedenis hoort toe aan diegenen die haar delen
Pekka Hämäläinen duikt na zijn omvangrijke Lakota Amerika dieper in de machtige positie van de oorspronkelijke bewoners van de nieuwe wereld. In zijn doorwrochteIndigenous Continent, The Epic Contest for North Americakeert hij zich tegen de veelgehoorde aanname dat de kolonisten in Noord-Amerika het continent beetje bij beetje veroverden. Maar al claimden zij vanaf 1779 haast het hele continent, het waren de oorspronkelijke bewoners die de territoria nog eeuwen zouden beheersen. Het vertekende beeld wordt per eeuw tegelijk bestreden, en zo wordt duidelijk dat zelfs na de laatste grote gevechten, toen de Lakota in 1876 in de buurt van Little Big Horn werden verslagen, het verzet tegen de kolonisatoren tot heden actueel is.
Van echte vrouwen tot aan een heuse moord
The Wife of Bath, ook wel bekend als ChaucersAlison inThe Canterbury Tales, is een doorbloed wezen met seksuele driften en gevoel voor humor, die zich bovendien moeiteloos verhoudt tot de Bovary’s en Karenina’s van de letteren. Marion Turner volgt het fictieve verhaal van deze eerste ‘echte’ vrouw in de Britse literatuur en plaatst het naast echte middeleeuwse vrouwen. Het maakt het prikkelende, grappige en intelligente werk tot een unieke literair-historische en feministische geschiedenis. Sean Connolly’sOn Every Tide komt met nieuwe inzichten in de geschiedenis van de Ierse diaspora, die eind 19e eeuw volgde op een dooraardappelziekteveroorzaakte hongersnood. De studie beperkt zich echter niet tot de grimmige realiteit van deze exodus: het draagt ook bij aan het bredere, actuele migratiedebat. In A Pipeline Runs Through Itbegint de geschiedenis van aardolie vér voor de industrialisatie.Keith Fishersgeschiedenis start 3500 jaar geleden tijdens deSumerische beschaving – al is er bewijs dat bitumenzo’n 70.000 v.C.(!) vervaardigd werd – en brengt in beeld hoe deze grondstof economie en politiek stuurde, en bijdroeg aan de vorming van de moderne tijd. InWho Killed Jane StanfordopentRichard Whiteeen oude, onopgeloste zaak. Na een decennium deStandford universiteitgeleid te hebben, opgericht ter nagedachtenis van haar zoon, wordt ‘de alom geliefde’Jane Stanfordin 1905 op Hawaï met strychninevergiftigd. White breekt de doofpot open en weet enkele ‘achtenswaardige’ verdachten te identificeren.