Poëzieweek 2023: vriendschap!

*|MC:SUBJECT|*
Geachte lezer,
Ah! De pohweesie: humor, gedachte-experimenten en engagement – en vanaf de
Poëzieweek 2023 ook vriendschap! Voor wie nu nog geen warme banden heeft met zelfs maar enkele onder de veelsoortige gedichten: is het niet tijd om vriendschap te sluiten met de poëzie?

Wie vanaf donderdag 26 januari tot en met woensdag 1 februari een dichtbundel van €12,50 of meer koopt, krijgt bij Boekhandel Bijleveld niet alleen het Poëzieweekgeschenk van de alom bekroonde Miriam Van hee & Hester Knibbe, maar ook het Alternatieve Poëzieweekgeschenk Een mens heeft niets te zeggen van Mark Boog.

Tijdens de Poëzieweek kunt u in Boekhandel Bijleveld met Boog, zijn voorganger Hanneke van Eijken en haar illustrator Pauline Phoa van een eenvoudig doch smakelijk poëzieontbijt genieten, en passant hun gedichten op de tong proevend. Zie hieronder voor meer informatie.

De keuze van het poëzieabonnement valt ditmaal op
Elmar Kuipers Blauwe hanen, dat voor de abonnees vanaf het begin van de Poëzieweek met een inhoudelijk schrijven klaarligt. Ook geïnteresseerd in ons vrijblijvende poëzieabonnement?
Een dichterlijke dis, Poëzieontbijt zondag 29 januari, start 10:30 uur
Op zondagochtend 29 januari van 10:30-12:00 uur bent u van harte welkom om aan te schuiven bij ons Poëzieontbijt! De schrijver van het alternatieve poëzieweekgeschenk Een mens heeft niets te zeggen, negen vrolijke villanellen –  Mark Boog draagt voor en gaat met u in gesprek over zijn werk en dichterschap. Ook Hanneke van Eijken en illustrator Pauline Phoa zijn aanwezig. Zij maakten vorig jaar het alternatieve poëzieweekgeschenk Waar slaap van gemaakt is, maar konden dit vanwege de pandemie niet presenteren. Drie makers voor het plezier van één ontbijtje dus, kom ook om die smakelijke taal van de vingers te likken! Voor alle aanwezigen ligt Boogs Een mens heeft niets te zeggen klaar, deze bundel met vrolijke villanellen. Vol is vol, aanmelden voor deze dichterlijke dis kan hier!
Geluk begint met kleine & grote vrienden
Deels geschreven tijdens de pandemie, en evenmin verstoken van andere ‘s levens mindere momenten, bleek Ingmar Heytze’s Met wat geluk toch over geluk te gaan – en zo werkt het: het verlangen snelt vooruit, of achteruit – denk aan hoe Ibsen dat verwoordde in zijn gelijknamige brievenboek De zomer beschrijf je het best op een winterdag. Overigens is geluk gelukkig voor Heytze, de Herman de Coninck van Utrecht, ook iets dat zich afspeelt in het heden: het hartverwarmende titelgedicht gaat over huiselijk geluk: bedolven zijn onder je dochters op de bank. Annemarie Estor stelt in Nanopaarden megasteden, een bundel vol even heldere als ongrijpbare gedichten, de vraag naar hoeveel wij eigenlijk verloren zijn sinds het begin van ons bestaan – het lijkt wel alsof we zijn vergeten dat ons verlangen naar kennis begon met verwondering. Oscar Wilde en Lord Alfred Douglas. De eerste ging ten onder aan de tweede – en schreef vanuit de cel er het prachtige De Profundis over. Het door Simon Mulder samengestelde Two Loves Twee liefdes (vertaling Maarten Doorman) belicht Wilde’s tragische relatie met zijn ‘Bosie‘. Hélène Gelèns zoekt in Beginnen voor gevorderden naar hoe een mens opnieuw kan beginnen. Begin er maar eens aan – hoopvol tegen de klippen op verhoudt ze zich tot klimaatcrisis en oorlogsgeweld. In haar even ritmische als muzikale stijl, zoekt zij de dialoog met uiteenlopende ontstaansmythes.
Groots tablet met licht
Jacob Groot is ons een dierbaar dichter. Hoe na aan het hart staat nog dat schitterende Verlies mij niet, een verwerkingsbundel over de verbondenheid met en de dood van een ouder. De gedichten waren compacte ervaringen die een traag voorstellend lezen afdwongen. Ook de bundel Lichttabletten vergt mogelijk enige concentratie. Ze kan worden gelezen als een stemmenspel, en het is of je met deze stemmen voor dezelfde drempel van het ongewisse staat. Het is tijd voor bezinning, die soms een vorm van verhoor aanneemt die oordeel uitlokt, en soms onverkort empathisch is. Net als voor de personages in deze dichterlijke ‘kuur’, wacht de betrokken lezer de troost van lichttabletten.
Poëzie van vrienden van ver en verder over het water
In Pagan Virtues kijkt Pulitzer Prize-winnaar Stephen Dunn door de lenzen van moraliteit en sterfelijkheid naar het innerlijk van de mens. De gedichten zijn veel veranderlijk in vorm en benadering, onveranderlijk is het open vizier van de oprechtheid, de niet-afgewende blik op wat hij beschrijft. De klimaatcrisis klinkt in alle hoeken van Alive at the End of The World door, maar is meer dan treurnis en beklag: Saeed Jones bundel wordt bewoond door dragqueens met machetes en kinderen die ver na bedtijd uit hun ramen turen. Tiff Dressen schreef de dichtbundel Of Mineral tijdens lange wandelingen door de natuur. De bundel is zowel een studie naar mineralen (en naar dat wat als mineraal op te vatten is) als naar de vervagende grenzen tussen wildernis en de bewoonde wereld. De manus-van-alles Pamela Mordecai’s A Fierce Green Place bevat een ruime keuze uit haar veelzijdige poëzie, waarin ze Jamaicaans Creools met standaard-Engels vermengt en waarin ze de Caraïben multidimensionaal tentoon voert.
Dé dichterlijke romans van dit moment
De Argentijnse Selva Almada is dichter, romancier en schrijver van korte verhalen. Dat zij deze genres beheerst, mag wel blijken uit  haar Niet zomaar een rivier waarin werkelijkheid en droom, feiten en vermoedens in en om elkaar vloeien – zo ook de eilandbewoners, het water, de nacht, het vuur, de vissen en insecten. Menselijk, maar tegelijkertijd dierlijk en plantaardig, stroomt deze roman in zijn bedding, een lang gesprek over de genegenheid tussen wezens die elkaar liefhebben: moeders, kinderen, broers en zussen, geliefden. De dichterlijke vertelling verkent de wreedheid en het geweld van het mannelijke universum. Dit onderwerp speelde al in Dode meisjes, al draaide die roman om femicide, in Latijns-Amerika met regelmaat geadresseerd.
Fleur Jaeggy’s sobere maar diamantscherpe stijl, levert ook in De waterstandbeelden een zo goed als dichterlijke novelle op. De novelle is gedeeltelijk gestructureerd als een toneelstuk: de dramatis personae omvatten de familieleden, vrienden en bedienden van een man genaamd Beeklam, een rijke kluizenaar die standbeelden bewaart in de ondergelopen kelder van zijn Amsterdamse huis, waar herinneringen beven in traag licht en het omringende water ondergronds naar het IJ wordt gelokt. Tarjei VesaasDe kiem laat zien hoe woede en groepsdynamiek menselijk handelen primitief en dierlijk kunnen maken – als de dochter van Karl Li dood wordt aangetroffen, verdenkt iedereen de aan psychische klachten leidende nieuwkomer Adreas Vest, waarop de eilandbewoners een klopjacht inzetten. Charles Ferdinand Ramuz, bekend van De grote angst in de bergen, voert in Schoonheid op aarde een verteller op die zich afvraagt of er plek is voor schoonheid hier op aarde. De aanleiding is het een lentelange verblijf van Juliette, een negentienjarig Cubaans weesmeisje, in een dorpje aan het Zwitserse Meer van Genève. Tijdens haar aanwezigheid wordt ze zo sterk bemind, begeerd, bevoogd en benijd door de inwoners, dat de dorpsgemeenschap er niet zonder kleerscheuren vanaf komt. Cynan JonesAlles wat ik op het strand vond werd op aandringen van zijn uitgeverij Parthian aanvankelijk veel dikker. Uitgeverij Koppernik vroeg de schrijver om het verhaal terug te brengen tot de oorspronkelijke grootte. En het wérkt: in het verhaal vindt een arme visser een fortuin aan cocaïne – al vlug in de elliptische novelle wordt het je duidelijk dat de vergaarde rijkdom hem in de klauwen van het noodlot drijft, wat de ondraaglijke spanning enkel versterkt.
Over poëzie in andere dingen
De bijzonder productieve beeldend kunstenaar, decorontwerper en dichter Joe Brainard (1942-1994), blikt in Ik herinner me terug op zijn leven. Hij schrijft over zijn keuze om naar New York te verhuizen, zijn samenwerkingen met kunstenaars als Frank O’Hara en John Ashbery. De memoires zijn dichterlijk op het bedwelmende af: ze bestaan uit in de regel korte paragrafen van een of meer zinnen die steeds beginnen met ‘Ik herinner mij’. De haast tastbare herinneringen zijn van uiteenlopende aard; nog iets dat je aan de pagina’s gekluisterd houdt: mijmeringen, inzichten, grappen, bekentenissen – zonder dedain. ‘Ik herinner mij: ‘Hé, dat rijmt!’ als iemand per ongeluk iets zegt wat rijmt’ – om hier nog een met poëzie te associëren herinnering te citeren. 
Joy Harjo, behorend tot de in de Noord-Amerika wonende Muscogee, was van 2019-2022 Poet Laureate (Dichter des Vaderlands) van de VS. Naast de volumineuze memoire Poet Warrior, verscheen recent haar essaybundel Catching the Light: een lyrische doordenking van (de werking van) poëzie en haar waarde voor herinneringen, alsmede een bezinning op de sociale en spirituele kwaliteiten van deze literaire kunst. Het boek dat u toch echt zelf in woorden zal moeten omzetten is … Book. dat slechts uit lijnen bestaat. Beeldend kunstenaar Masanao Hirayama speelt met onze voorkeuren voor herhaling en herkenning. Al kan het boek ook worden gezien als visuele poëzie, en daagt uit op het boek als drager van taal te reflecteren. Living Rooms is geen zoveelste uitgave over binnenhuisarchitectuur, maar een wonderlijk essay over het leven in en daarmee van woonkamers. Net als een goed gedicht beschikt Sam Johnson-Schlee’s boek de mogelijkheid je voorgoed anders naar deze gebruiksruimten te laten kijken. Wijlen dichterlijke superster Wisława Szymborska wist hoe te schrijven – en gaf tips daarover in een anonieme adviescolumn van het Poolse tijdschrift Zycie literackie. De Nobelprijswinnaar wist helder en concreet te zijn – wat óók een kunst is. Ook schrijven, of willen weten hoe: How to Start Writing (and When to Stop).
Paul van Ostaijen, Verzamelde gedichten (2005)
ALPEJAGERSLIED
Voor E. du Perron

Een heer die de straat afdaalt
een heer die de straat opklimt
twee heren die dalen en klimmen
dat is de ene heer daalt
en de andere heer klimt
vlak vóór
de winkel van Hinderickx en Winderickx
vlak vóór de winkel van Hinderickx en Winderickx van de beroemde hoedemakers
treffen zij elkaar
de ene heer neemt zijn hoge hoed in de rechterhand
de andere heer neemt zijn hoge hoed in de linkerhand
dan gaan de ene en de andere heer
de rechtse en de linkse de klimmende en de dalende
de rechtse die daalt
de linkse die klimt
dan gaan beide heren
elk met zijn hoge hoed zijn eigen hoge hoed zijn bloedeigen hoge hoed
elkaar voorbij
vlak vóór de deur
van de winkel
van Hinderickx en Winderickx
van de beroemde hoedemakers
dan zetten beide heren
de rechtse en de linkse de klimmende en de dalende
eenmaal aan elkaar voorbij
hun hoge hoeden weer op het hoofd
men versta mij wel
elk zet zijn eigen hoed op het eigen hoofd
dat is hun recht
dat is het recht van deze beide heren
WIE LEEST, SLUIT VRIENDSCHAP MET ZIJN GEEST
Maandag 11:00-18:00
Dinsdag 10:00-18:00
Woensdag 10:00-18:00
Donderdag 10:00-21:00
Vrijdag 10:00-18:00
Zaterdag 10:00-18:00
Zondag 12:00-17:00
Copyright © 2020 Boekhandel Bijleveld - Website by Tungstun